Welke instellingen kun je het beste gebruiken?
Bron: ZOOM – Eline Sips
Je hebt vast wel eens dat metertje in je camera gezien, dat aangeeft of je foto onder- of overbelicht is. Hoe werkt dat metertje en hoe kan je de lichtmeting van je camera het beste gebruiken? We zetten het voor je op een rij! Bij productfotografie is een goede lichtmeting heel erg belangrijk. Je kan daarom in dat geval ook beter altijd werken met een grijskaart.
Hoe werkt lichtmeting in je camera?
De sensor van je camera vangt al het licht op dat wordt gereflecteerd door je onderwerp. Bij een heel licht onderwerp, zoals sneeuw, wordt er dus meer licht richting de camera gestuurd, dan bij een donker onderwerp, zoals een zwarte hond. De camera past dit licht vervolgens aan om er een meer neutrale belichting van te maken. In principe probeert hij altijd de felheid van de kleur middengrijs na te streven. Witte sneeuw wordt dus grijs, maar ook de donkere hond wordt grijs. Dat is niet echt gewenst.
Spotmeting in de camera
Bij spotmeting meet de camera heel gericht onder een hele kleine hoek het licht dat op een klein punt in het centrum van de sensor valt. Als je dan vervolgens je diafragma en sluitertijd zodanig afstelt dat de lichtmeter op 0 staat, is je onderwerp waar je op dat moment op gericht hebt, precies tot middengrijs belicht. Bij een licht onderwerp zal je bij spotmeting de meter moeten negeren en meer moeten overbelichten. In het geval van een donker onderwerp kan je dus beter onderbelichten.
Bij een licht onderwerp zal je dus een beetje moeten overbelichten
Matrixmeting in de camera
Bij matrixmeting wordt niet alleen het centrum, maar ook verschillende vlakke daaromheen gebruikt om het licht te meten. Dit geeft voor alledaagse situaties, zoals bij landschaps-, architectuur- of reisfotografie vaak een veel betrouwbaarder resultaat dan spotmeting, omdat er rekening wordt gehouden met het totaalbeeld en niet toevallig één donker of licht element in de foto. De extreme situaties, zoals een felle witte of donkere omgeving zal je ook hier handmatig moeten over- of onderbelichten. Dit kan je opnieuw doen door je sluitertijd of diafragma aan te passen.
mariellevlaar
Centrummeting in de camera
Centrummeting hangt een beetje tussen de matrix- en spotmeting in. Naast een kleine nauwkeurige meting in het centrum, meet centrummeting ook nog een groter rond vlak daaromheen. Je kan dit gebruiken als je onderwerp gemiddeld genomen wel een middengrijze reflectie heeft, zoals bijvoorbeeld een stuk van een pagina van krant.
r0g1er
Toepassing van de lichtmeter
Hoe breng je dat nu allemaal in de praktijk? Heel simpel gezegd zal je altijd zelf in de gaten moeten houden of je foto voornamelijk uit donkere of lichte delen bestaat. De camera maakt zelf met de lichtmeting een bepaalde inschatting en past die inschatting ook daadwerkelijk toe als je bijvoorbeeld op automatische instellingen, sluitertijdvoorkeuze of diafragmavoorkeuze werkt. Dat werkt vaak prima, maar bij situaties met extreme contrasten zal je altijd handmatig bij moeten springen óf een grijskaart of externe lichtmeter moeten gebruiken.
