Bron: Zoom
In bepaalde gevallen is het handiger om Photoshop te gebruiken dan Lightroom. Met Photoshop kun je bijvoorbeeld een grotere scherptediepte creëren met focus stacking en je hebt meer mogelijkheden om lokale bewerkingen te doen. Zo switch je tussen beide!
Bewerken in
Als Lightroom tijdens het installeren een versie van Photoshop op je harde schijf heeft aangetroffen, krijg je automatisch in het menu Foto een optie Bewerken in / Bewerken in Photoshop te zien. Ook met Photoshop Elements werkt dit.
Onderin krijg je bovendien nog een paar speciale manieren om één of meer bestanden naar Photoshop te sturen, zoals meerdere foto’s als lagen in één Photoshop-bestand openen.
Raw in Photoshop
Als je een raw-bestand naar Photoshop stuurt, dan opent Photoshop dit met de Lightroom-correcties daarop toegepast. Dit gebeurt in Photoshop Camera Raw, maar dat venster krijg je niet te zien.
Kies je na het bewerken in Photoshop voor Bestand / Bewaren, dan komt de bewerkte foto terug in Lightroom als kopie in tiff- of psd-formaat. Welk formaat dat is, kun je instellen in de Voorkeuren van Lightroom, onder Extern bewerken.
Jpeg of tiff in Photoshop
Ga je uit van een jpeg- of een tiff-bestand in Lightroom, dan krijg je eerst een dialoogvenster met drie mogelijkheden. Bij Een kopie bewerken met Lightroom-aanpassingen wordt er een kopie gemaakt van het bestand en worden de correcties van Lightroom definitief in die kopie opgenomen. Die zijn niet meer te veranderen. Deze kopie wordt dan naar Photoshop gestuurd.
Bij de optie Origineel bewerken opent Photoshop het origineel en zie je eventuele bewerkingen die in Lightroom zijn gedaan dus niet, omdat die niet worden toegepast. Bedenk wel dat die bewerkingen nog steeds aanwezig zijn, en dus door Lightroom zelf wel weer worden toegepast als je het beeld in Photoshop bewerkt, bewaart en dan weer terug naar Lightroom gaat! Ga dus geen bewerkingen in Photoshop herhalen die je in Lightroom al had gedaan maar nu niet ziet, want dan zie je ze straks twee keer zo sterk.
Een kopie bewerken betekent dat Lightroom eerst een kopie maakt en die in Photoshop opent. Ook nu zijn de bewerkingen van Lightroom niet zichtbaar in Photoshop. Beide bestanden worden in de catalogus opgenomen (en als stapel samengevoegd als je dat aangeeft). Lightroom zal ook in beide bestanden de eigen bewerkingen tonen, omdat de bewerkingsgegevens mee wordt gekopieerd. Je zou dit dus kunnen zien als Origineel bewerken, waarbij voor de zekerheid wel eerst even een kopie wordt gemaakt.
Deze opties krijg je bij het openen van een jpg- of tiff-bestand in Photoshop.
Slim object
In Lightroom heb je nog een aantal extra mogelijkheden onder het menu Bewerken in. Je kunt dan een paar mogelijkheden van Photoshop direct aanroepen. Heb je slechts één foto geselecteerd, dan is Openen als slim object in Photoshop de enige keuze. Dat is vooral voor raw-bestanden een interessante optie, omdat een Slim object van een raw-bestand gekoppeld zit aan Camera RAW (met de instellingen die je in Lightroom had gemaakt).
Je kunt het bestand dus zo in Photoshop bewerken, zonder dat de ‘niet-destructieve’ raw-conversie verloren gaat. Als je tiff- en jpeg-bestanden in Lightroom hebt bewerkt, kun je ook deze bewerkingen ook niet-destructief houden als je via een Slim object werkt. Eigenlijk zouden we kunnen zeggen dat Openen als Slim object dé methode is om alle Photoshop-bewerkingen vanuit Lightroom te doen, tenzij die bewerking in Photoshop niet mogelijk is op een Slim object. Zo is bijvoorbeeld niet ieder Photoshop-filter ook als ‘Slim Filter’ toepasbaar op een Slim object, en klonen werkt ook niet.
Bedenk wel het volgende: als je een bestand naar Photoshop stuurt via de optie Openen als Slim object, dit bestand vanuit Photoshop bewaart en dan weer in Lightroom bekijkt, dan zie je de raw-bewerkingen niet meer terug in het rechter paneel van de module Ontwikkelen. Alle schuifjes staan op 0, net als bij een tiff of een jpeg.
Toch kun je de raw-instellingen wel degelijk nog corrigeren, want daar is het een Slim object voor. Je moet dat echter weer in Photoshop doen. Selecteer het bestand, kies voor Bewerken in Photoshop en vervolgens voor Origineel bewerken. In Photoshop dubbelklik je op de laag van het Slimme object om het dialoogvenster van Camera Raw op te roepen. Daar zie je alle instellingen staan en kan je ze wijzigen. Lightroom laat het resultaat van die wijzigingen wel netjes zien nadat je het bestand bewaart hebt en weer terug in Lightroom bent.
Open je een foto als slim object, dan behoud je de non-destructieve eigenschappen.
Foto’s samenvoegen
Heb je meerdere bestanden geselecteerd, dan krijg je nog drie andere mogelijkheden. Het zijn allemaal mogelijkheden die je ook gewoon in Photoshop zou hebben, maar het voordeel is dat er nu niet eerst kopiebestanden worden gemaakt en opgenomen in de Lightroom-catalogus. De eerste twee mogelijkheden zijn min of meer overbodig geworden, omdat dit nu op een mooiere manier met Lightroom zelf kan. Samenvoegen tot panorama in Photoshop houdt in dat Photoshop van de geselecteerde afbeeldingen een panorama-foto maakt. Dit kan soms handig zijn omdat Photoshop randen kan toevoegen via ‘Behoud van inhoud’-technologie. Het nadeel is dat de panorama geen raw-bestand is, maar tiff of psd. Hetzelfde geldt voor Samenvoegen tot HDR Pro in Photoshop, waarmee dezelfde foto met meerdere belichtingen kan worden omgezet in een HDR-bestand in Photoshop. Dat kan nu ook in Lightroom, maar Photoshop heeft iets meer mogelijkheden als je erg veel last van die ‘schimmen’ hebt.
Openen als lagen in Photoshop betekent dat de foto’s als lagen in één bestand in Photoshop worden geopend. Dat kan interessant zijn om bijvoorbeeld een zogenaamde focus stack te maken, of allerlei andere fotomontages. Een paar speciale mogelijkheden gaan we in het volgende topic bespreken, te beginnen met zo’n focus stack.